Vroeger ontwikkelde mensen software alsof het gebouwen waren. Eerst werd de betonnen bodem gemaakt, daarna de muren en het dak. Er werden maanden besteed aan het ontwerp en daarna maanden aan het bouwen. Aan het einde kwam de controleur en moesten de eventueele fouten worden hersteld. Fouten in de bodem waren hierbij onherstelbaar dit moest dus echt goed zijn. Pas als het gebouw was gecontroleerd op fouten en deze fouten waren hersteld, kon je het gebouw opleverden aan de eigenaar. Dit noemde ze de "waterval methode", net als een waterval kom je van de ene fase in de ander fase van het software ontwikkel proces.
De ontwikkeling van software ging dus heel lang (zo'n 30jaar) op eenzelfde manier als het ontwikkelen van een gebouw. Met het ontwerpen, bouwen en testen waren ze al snel 6 tot 9 maanden bezig voor er een nieuwe versie van de software beschikbaar was. Echter is software bouwen niet hetzelfde als een gebouw bouwen. Met software heb je niet te maken met een betonnen bodem, muren en vloeren. Je past software heel gemakkelijk aan en de eerste versie hoeft niet perfect te zijn. Er is niks in beton gegoten!
Door de fases ontwerp, bouw en test korter en vaker op elkaar te laten volgen, kan de eigenaar ook makkelijk bijsturen in het proces. Dit wendbaar ontwikkelen van software wordt Agile Software development genoemd. Dit is de "agile methode".
terug naar home
volgend hoofdstuk - Agile software ontwikkeling